Allen Ginsberg: Transcriptie van orgelmuziek
De bloem in het glazen pindapotje dat voorheen in de keuken stond, wachtte gebogen op een plekje in het licht,
de kastdeur ging open omdat ik hem eerder gebruikt had, bleef vriendelijk open en wachtte op mij, zijn eigenaar.
Â
Ik begon mij ellendige te voelen op mijn strobed op de vloer, ik luisterde naar muziek, naar mijn ellende, daarom wil ik zingen.
De deur werd voor mij gesloten, ik verwachtte de aanwezigheid van de Schepper, ik zag mijn grijs geschilderde muren en plafond, ze omgaven mijn kamer, ze omgaven mij
zoals de hemel mijn tuin omgaf,
ik deed de deur open
Â
      De wingerd beklom de paal van het hutje, de bladeren in de nacht waar de dag ze geplaatst had, de dierenhoofden van de bloemen waar ze opgekomen waren
      om aan de zon te denken
      Kan ik de woorden terugbrengen? Zullen gedachten over transcriptie mijn mentale open oog kwellen?
      De zachtaardige zoektocht naar groei, het sierlijke verlangen om uit bloemen te bestaan, mijn bijna-extase om tussen hen te zijn
      Het voorrecht om mijn bestaan te aanschouwenook jij moet de zon opzoeken . . .
Â
      Mijn boeken in stapels zodat ik ze kan gebruiken
      Wachtend in de ruimte waar ik ze heb neergelegd, zijn ze niet verdwenen, de tijd heeft zijn overblijfselen en kwaliteiten voor mij achtergelaten om te gebruikenmijn woorden in stapels, mijn teksten, mijn manuscripten, mij liefdes.
      Ik had een inzicht, zag het gevoel in het hart van alle dingen, liep naar buiten de tuin in en huilde
      Zag de rode bloesem ´s nachts in het schijnsel, de zon verdwenen, allemaal waren ze gegroeid, een moment lang, en stonden stil in de tijd te wachten op de zon van overdag die op zou komen en hun zou schenken . . .
      Bloemen die ik trouw bij zonsopkomst water gaf alsof het een droom was, me niet realiserend hoeveel ik van ze hield.
      Ik ben zo eenzaam in mijn gloriehoewel zij daarbuiten ookik keek opdie rode bloesems van de struik wenkten mij en gluurden bij het raam binnen en wachtten in blinde liefde, ook hun bladeren hebben hoop en zijn plat naar de hemel toe gedraaid om te ontvangende hele schepping is open om te ontvangende platte aarde zelf.
Â
      De muziek daalt af net als de lange buigende stengel van de zware bloesem, omdat hij moet, om te blijven leven, om door te blijven gaan tot de laatste druppel van vreugde.
      De wereld kent de liefde die in haar borst zit net zoals ze in de bloem zit, de lijdende eenzame wereld.
      De Vader is genadig.
Â
      Het stopcontact is improvisorisch aan het plafond vastgemaakt, nadat het huis gebouwd was, om een stekker te ontvangen die er inderdaad in vast zit en nu mijn grammofoon bedient . . .
Â
      De kastdeur staat open voor mij, zoals ik hem achtergelaten had, toen ik hem open had gelaten, is hij vriendelijk voor mij opengebleven,
      In de keuken zit geen deur, het gat erin zal mij toelaten als ik de keuken wil betreden.
      Ik herinner mij de eerste keer dat ik seks had, H.P. ontmaagde mij, ik zat op de werven van Provincetown, 23 jaar, vrolijk, verheven de Vader verwachtend, de poort naar de baarmoeder stond voor mij open als daar ik naar binnen zou willen gaan.
Â
      Er zijn overal in mijn huis ongebruikte stopcontacten, mocht ik ze ooit nodig hebben.
      Het keukenraam staat open om de lucht binnen te laten . . .
      De telefoon - wil droevig verbinden - zit op de vloer - ik heb het geld niet om hem aan te laten sluiten -
      Ik wil dat de mensen buigen als ze mij zien en zeggen dat hij de gave van de poëzie heeft, hij heeft de aanwezigheid van de Schepper gezien.
      En de Schepper gaf mij een dosis van zijn aanwezigheid om mijn wens te vervullen, om mijn verlangen naar hem niet te bedriegen.
Â
Berkeley, 8 september, 1955